Mijmerend over de toekomst, moet je denken de drie wetten van Arthur C. Clarke. De bekendste: ‘Elke voldoende geavanceerde technologie is vergelijkbaar met magie’. Maar waarom zou je sciencefiction verzinnen, als morgen al om de hoek staat? Samen met Living Tomorrow bieden we je een gezamenlijke visie op hoe netwerken er over tien jaar uit zullen zien en wat ze tegen die tijd allemaal kunnen!
Tijd is iets merkwaardigs. De eerste mensen leefden niet eeuwen in grotten maar millennia. Duizenden jaren op dezelfde plek, met dezelfde grotschilderingen. Voor kinderen die opgroeiden in de jaren ’70 , veranderde de wereld om de tien jaar. Tegenwoordig is dat om de paar maanden. Denk maar eens welk effect het internet en smartphones hebben gehad op de samenleving, of de ongekende groei van AI die we nu zien opkomen.
Dit heeft ook invloed op de manier waarop moderne netwerken worden gebouwd, ingezet en gebruikt, en bovenal op de resultaten die ze over ongeveer tien jaar kunnen bereiken voor onze steden, kantoren en woningen. Het Office of the CTO van Extreme Networks heeft samen met onze partners van de Living Tomorrow Innovation Campus zes cruciale elementen van het netwerk van de toekomst gedefinieerd die zullen leiden tot nieuwe mogelijkheden en realistische scenario’s. Laten we eens kijken hoe dit in de praktijk uitpakt door de concrete use cases en vereisten te inspecteren.
1. Hypergepersonaliseerd
Stel dat je een professionele videomaker bent. Als je een animatie rendert met gave rook- en vuureffecten, heb je waarschijnlijk een snelle processor nodig met veel geheugen en een fantastische videokaart om de klus op tijd te klaren. En voor software-engineers kunnen sommige projecten met een groot aantal bronbestanden zo lang duren dat het de ontwikkelingssnelheid echt belemmert. Wat hebben deze twee use cases met elkaar gemeen? Beide hebben veel rekenkracht nodig en beide vereisen een zeker niveau van mobiliteit, vooral met de hybride werkvormen in de wereld na de pandemie.
Stel je voor dat je in de toekomst kunt gaan en staan waar je maar wilt en kunt doen wat je maar wilt, allemaal op je laptop. Deze hyper-persoonlijke context waarin je gewend bent te werken, reist altijd met je mee en levert dezelfde ervaring als je krachtige pc. Maar hoe dan? De rekenkracht waar je zo afhankelijk van bent, wordt beschikbaar gemaakt via de cloud, zodat er in feite een server of datacenter ontstaat. Waar je op dat moment ook maar bent.
2. Hyperconnectiviteit
Waarschijnlijk kom je op iedere hoek van de straat iemand tegen met een smartphone, smartwatch of een ander verbonden draagbaar apparaat (iemand al gedacht aan slimme oorbellen?). Dan zijn er nog de steden, kantoren, en ziekenhuizen die tot de nok toe zijn gevuld met slimme IoT-apparaten en -sensoren die duizelingwekkende hoeveelheden data verzenden en uitwisselen.
Over tien jaar ligt het enorme aantal verbonden apparaten en de realtime data die ze genereren, op een niveau dat we niet eerder hebben gezien. Dat zal het nieuwe tijdperk van hyperconnectiviteit inluiden.
3. Intelligent edge
Toekomstige netwerkengineers gaan wat hulp nodig hebben bij de toenemende vraag naar ervaringsgerichte content zoals VR en AR. Dat is waar de intelligent edge een rol gaat spelen, waarmee ze onderdelen van de edge zoals switches, routers en access points kunnen gebruiken als opslagplek en bron van rekenkracht voor gedistribueerde applicaties. Je kunt het zien als het runnen van VMware over het hele netwerk, met microservices waar je ze maar nodig hebt!
Met andere woorden: stel dat op je smart glasses informatie verschijnt over de Starbucks waar je net langs loopt. Of beter nog, een virtuele holografische AI-assistent die je tijdens noodgevallen begeleidt bij het verlenen van eerst hulp. Het apparaat zelf beschikt misschien niet over voldoende rekenkracht, maar de intelligent edge eromheen heeft dat wel. Klinkt dit wel erg futuristisch? Bedenk dan dat als we tien jaar terug in de tijd zouden gaan, de Oculus Rift pas over drie jaar op de markt wordt gebracht...
4. Waarde halen uit data
De ontwikkeling van het gebruik en de alomtegenwoordigheid van verbonden, slimme apparaten betekent dat de netwerken van de toekomst ook slim moeten worden, zodat er nog veel meer kan worden geautomatiseerd dan nu al het geval is. Omdat het netwerk van de toekomst alles met elkaar verbindt, vooral zaken als de IoT-apparaten en -sensoren die massaal in opkomst zijn, kunnen we straks dingen bouwen en automatiseren op een voorheen ongekende schaal. Dat schept nieuwe mogelijkheden waar bedrijven en organisaties gebruik van kunnen maken.
Over tien jaar zouden slimme sensoren bijvoorbeeld het geluid van een auto-ongeluk of een ander ongeval kunnen oppikken en automatisch een noodsignaal naar de hulpdiensten sturen, wat de responstijd drastisch verkort. Het netwerk zelf geeft automatisch prioriteit aan dit verkeer en zorgt ervoor dat er voor deze kritieke dienst voldoende bandbreedte is gereserveerd om de data te verzenden. In onze visie wordt het netwerk een platform dat de samenwerking tussen toepassingen en diensten echt bevordert en stimuleert, en niet alleen maar het verbindende weefsel vormt.
5. Interactief en resultaatgericht
Een grote uitdaging voor veel bedrijven en organisaties is het vinden van goed opgeleide en deskundige medewerkers voor het beheren en onderhouden van IT en netwerken. Een oplossing is de drempel voor hen te verlagen en complexe onderdelen zo begrijpelijk mogelijk maken. Zo maak je de communicatie naar machines efficiënter en leren ze de processen zelf uit te voeren via de configuratie.
In plaats het configureren van VLAN's op poorten via de command line, traffic shaping en al dat soort dingen, zeg je gewoon: ‘Hoi virtuele assistent, deze toepassing is belangrijk. Zorg ervoor dat hij altijd prioriteit krijgt, wat er ook gebeurt’, zonder uitgebreide kennis van de onderliggende mechanismen. De manier waarop we over tien jaar omgaan met IT en netwerken zal veel interactiever en resultaatgerichter zijn.
6. Cognitief en autonoom
Het allerbelangrijkste is dat het netwerk van de toekomst cognitief en autonoom zal worden, wat inhoudt dat het in staat zal zijn tot zelfreflectie en het bedenken van bepaalde suggesties, opties en veranderingen om de gewenste resultaten te bereiken. Denk bij het eerder genoemde ongeluk aan het begeleiden van spoedeisende hulp, het verkorten van de responstijd en betere informatie voor de hulpdiensten.
Het netwerk van de toekomst stelt bijvoorbeeld niet alleen voor om een autonome drone op de locatie in te zetten om informatie te verzamelen, maar zal ook het energieniveau van het draadloze apparaat aanpassen om de dekking in het betreffende gebied veilig te stellen, zodat er geen blinde vlekken zijn. Bij de implementatie van AI is het weer een kwestie van rekenkracht en opslag. Het netwerk zal laten zien dat de rekenkracht is geclusterd in zones voor verschillende delen van de stad, en zeggen: ‘elke zone reserveert voldoende rekenkracht voor AI voor maximaal 10 gelijktijdige ongelukken in dit stadsdeel’. Best netjes, toch?
Hoe gaat dit verder?
Tenzij je echt in een sciencefictionverhaal leeft, is de kans groot dat je de toekomst niet volledig kunt voorspellen. Op basis van wat we nu weten, zien en waar we met onze partners van Living Tomorrow aan werken, kunnen we echter wel stellen dat de volgende grote stap in de ontwikkeling van netwerken nabij is. De nieuwe en opwindende resultaten die de komende tien jaar deel van ons dagelijks leven gaan uitmaken, zijn dan ook geen sciencefiction. Want het netwerk van de toekomst is onbeperkt en oneindig!